Betekenis: houten schuur; houten bijschuur.
Varianten: boede; boed; boei; boe; bot.
Op het waddeneiland Texel duidt de benaming vooral een kleine schuur aan die diende als opslag voor hooi en ander voer voor de schapen. Het wordt daarom ook wel een schapenboet (Westfries: skeipeboet, Tessels: skéépeboet) genoemd. Schapen stonden echter nooit zelf in een boet, daar was de schuur te klein voor.
Uitdrukking: een buk als een boetje (teveel gegeten hebbende).