Betekenis: balzak; testikel; klier boven in de borstholte die een belangrijke functie vervult in het afweersysteem.
Tag: 1000 vergeetwoorden om te koesteren – Eveline Stoel (2015)
1000 Vergeetwoorden om te koesteren Hartverwarmende verhalen over vergeten taalschatten. Deemster, prudent, wiedeweerga, struweel… Nelleke Noordervliet is beschermvrouwe van het Gezelschap van Geadopteerde Vergeetwoorden dat werd opgericht door Frits Spits van KRO-NCRV Radio 1 programma De Taalstaat. Al meer dan duizend luisteraars hebben een woord geadopteerd dat niet in de vergetelheid mag geraken. In dit boek: de persoonlijke verhalen van deze ‘adoptieouders’ én van aluin tot zwerk, alle 1000 vergeetwoorden met hun betekenis. – Selectie en inleiding door Nelleke Noordervliet – Voorwoord door Frits Spits
zwerk
Betekenis: hemel; uitspansel; het geheel van de aan de hemel drijvende wolken.
zwemen
Betekenis: gelijken.
Die kleur zweemt naar het groene.
zwalken
Betekenis: her en der zwerven; niet beginselvast zijn.
zwamneus
Betekenis: iemand die veel kletst (zwamt).
zwatelen
Betekenis: lispelen; zwetsen; luid door elkaar praten.
watjekou
Betekenis: klap.
Varianten: ababbel; abbedudas; abberdoedas; abeldoedas; aberdoedas; appeldoedas; averdas; blaas-op; dobberopsojemiter; dof; dril; fleer; hababbel; habbedudas; haberdas; haberdoedas; harde slag; haverdas; haverdegortslag; heis; hengst; kaaksmeet; kanjer; kink; kinkert; kinnebakslag; klabedder; klabets; klets; lababbel; labberdoedas; lap; lawaai; lawabbes; lawibes; lebabber; lik; makke; matjekol; mep; muilpeer; okkie; oorveeg; opblazer; opbliksem; opchiffonnière, opsecretaire; opdobber; opdonder; opduvel; opflikker; opjakker; opkanjer; oplababbel; oplababber; oplatafel; oplawaai; oplawaaier; oplazer; oplelabber; opmepperd; opmiter; opnaaier; opneuker; oppetatter; oppeuter; opsalamander; opstopper; opzaniker; pats; peut; pomp; puim; saai; saberdas; tik; veeg; vive l’amour; vrijzetter; zeen.
Varianten: ’n watje kou; katjewou; lewatsjekou; watjekal; watjekau; watjeko; watjekouw; watjekow; watjikow; watsjekou.
Een goede watjekou wordt in het gezicht uitgedeeld.
Verbastering van het Engelse: what-you-call (wat mot je).