fielt

Betekenis: bandiet, boef, bogger, deugniet, doerak, doortrapte schurk, ellendeling, gemeen mens, gemeen persoon, gemene kerel, gemene vent, gemenerik, gladakker, mispunt, naarling, onbeschaafd persoon, onbeschaamd mens, onguur persoon, onverlaat, patjakker, ploert.

opkalefateren

Betekenis: herstellen, oplappen, kalefateren, breeuwen.

Griekse visser aan het kalefateren
Bron: Rmoorlag – Eigen werk, CC BY 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=5616851
Ga naar de inhoud