Betekenis: het staal van een sabel of zwaard.
Tag: Verklarend Handwoordenboek der Nederlandse Taal – Koenen-Endepolis-Heeroma (21e druk 1946)
odium
Betekenis: haat, vijandschap.
weeklagen
Betekenis: treuren, jammeren.
“De vrouwen zaten te weeklagen bij het lijk”.
Tegenwoordig ook: over je leed klagen zonder je in te houden.
telgang
Betekenis: pasgang.
Dit paard loopt in de telgang, zó, dat het tegelijk de rechtervoorpoot en -achterpoot oplicht en dan de linkervoorpoot en -achterpoot.
Voor kamelen en giraffen is de telgang normaal, soms komt hij bij paarden voor.
scherprechter
Betekenis: beul, beul voor doodstraffen, rechter die doodvonnissen velt.
‘Hij die met het scherp van het zwaard het recht voltrekt’.
invité
Betekenis: uitgenodigde, gast, genodigde.
alf
Betekenis: boze geest.
Verwant aan het alvermanneke uit het zuiden des lands: de kabouter.
oculist
Betekenis: oogarts, ogendokter.
lampisterij
Betekenis: de plaats ter bewaring, uitgifte, reiniging en vulling der mijnlampen.
talie
Betekenis: werktuig tot verplaatsing van lasten, meestal bestaande uit twee blokken, waarvan het losse blok een schijf en het vaste twee schijven bevat.